Nieuws

Wees alert op begrenzingen van derdenonderzoeken

Afbeelding voor Wees alert op begrenzingen van derdenonderzoeken
Delen

De Belastingdienst heeft met derdenonderzoeken een machtig wapen in handen om bij bijv. adviseurs en accountants informatie van cliënten op te vragen. Deze mogelijk is echter niet onbegrensd. En het dwingt de derde volgens ons niet tot geheimhouding.

Derdenonderzoeken

Een derdenonderzoek kan worden ingesteld bij mensen en bedrijven die zelf administratieplichtig zijn. Het mag dus niet bij privépersonen. Een derdenonderzoek kan bijvoorbeeld plaatsvinden bij een bank, een telecommaatschappij, maar ook een parkeerapp of een museumjaarkaart. Het ziet dan op de gegevens die zo een bedrijf ten behoeve van haar eigen administratie verzameld heeft over de belastingplichtige. Ook kan dit plaatsvinden bij een belastingadviseur of accountant, waarbij de Belastingdienst zich op het standpunt stelt dat de cliëntdossiers die de dienstverlener heeft dan overlegd moeten worden. Volgens ons kan dat niet zonder meer.

Verplichtingen derdenonderzoeken

De Belastingdienst deelt aan deze administratieplichtige derde bij de aankondiging van het onderzoek mee wat diens verplichtingen zijn. Dit ziet in de eerste plaats op welke informatie verschaft moet worden. De wet verklaart de verplichtingen van de belastingplichtige die onderwerp is van onderzoek op vergelijkbare wijze van toepassing. Dit betekent dat de stukken die zich in de administratie bevinden van de derde volledig inzichtelijk gemaakt moeten worden voor de Belastingdienst. Daarnaast kunnen vragen gesteld worden aan de derde om inlichtingen te verschaffen.

Begrenzingen derdenonderzoeken

Deze verplichtingen worden begrensd door dezelfde randvoorwaarden als een onderzoek bij een belastingplichtige zelf. Het is belangrijk deze begrenzingen goed in ogenschouw te houden omdat het negeren daarvan tot civielrechtelijke en tuchtrechtelijke aansprakelijkheid kan leiden tegenover degene over wie informatie verstrekt wordt. Dat kan met name als het onverplicht gebeurt terwijl er een geheimhoudingsverplichting met de belastingplichtige in zijn rol als cliënt van de derde bestaat.

Belangrijk is dat alleen informatie verstrekt hoeft te worden die relevant is voor de belastingheffing van die belastingplichtige. Concreet is daarbij van belang op te letten dat het derdenonderzoek niet gebruikt kan worden om onderzoek te doen naar de belastingplicht van degene bij wie dat derdenonderzoek is ingesteld. Dat zou misbruik van bevoegdheid zijn.

Verder wordt de uitvraag beperkt door de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Denk hierbij aan zaken als proportionaliteit (bijv. te grote omvang) en zorgvuldigheid.

Ook is belangrijk dat stukken waarvoor de belastingplichtige zich op een afgeleid of informeel verschoningsrecht kan beroepen, oftewel de stukken van de advocaat/notaris en de stukken die fiscale adviezen bevatten, eveneens niet verstrekt hoeven te worden door de derde.

Geheimhoudingsplicht bij derdenonderzoeken?

Bijzonder is dat de Belastingdienst de afgelopen jaren het standpunt heeft ingenomen dat de derde zelf deelgenoot wordt in de geheimhoudingsplicht die de Belastingdienst heeft ten aanzien van de door haar verkregen gegevens. De Belastingdienst gaat zelfs zo ver dat hij tegenwoordig zowel in zijn brochures als in aankondigingsbrieven vermeldt dat de derde verplicht is geheimhouding te betrachten tegenover de eigen cliënt over zowel de inhoud van het onderzoek als het überhaupt plaatsvinden daarvan. En dat doorbreking daarvan zich zou lenen voor strafrechtelijke vervolging!

De vraag is ten zeerste of de geheimhoudingsplicht van de Belastingdienst is op te rekken naar de derde. Voor vergelijkbare onderzoeken in het strafrecht, met tussenkomst van de rechter-commissaris, is dit expliciet in de wet geregeld. Voor derdenonderzoeken uitgevoerd door de Belastingdienst is dit echter niet het geval. De wettelijke bepaling waar de Belastingdienst aan refereert, is op basis van de parlementaire geschiedenis hier niet voor bedoeld. Dreigen met strafrechtelijke vervolging is volgens ons dan ook buitenproportioneel en lijkt enkel bedoeld te zijn om druk uit te oefenen op de derde. Daarmee zet de Belastingdienst de derde en de cliënt tegen elkaar op. Ook dit neigt naar misbruik van bevoegdheid. Iets waar wij u graag in bijstaan.

Heeft u nog vragen, aarzel dan niet om (vrijblijvend) contact met ons op te nemen.