Nieuws

Geen straf of boete bij pleitbaar standpunt

Afbeelding voor Geen straf of boete bij pleitbaar standpunt
Delen

U heeft uw belastingadviseur er vast wel eens over gehoord: een advies of aangifte gaat enkel de deur uit als er ten minste sprake is van een pleitbaar standpunt. Een pleitbaar standpunt zorgt er namelijk voor dat er geen fiscale boete opgelegd kan worden zodat u (en ook uw adviseur) met een gerust hart kan (kunnen) slapen. 

Het idee hierachter was dat een standpunt dat uiteindelijk niet gevolgd werd door de rechter maar wel pleitbaar was, niet kan leiden tot een fiscale boete. Dat zou immers de deur naar vaktechnische meningsverschillen tussen de Belastingdienst en belastingplichtigen volledig dichtgooien, omdat er dan bij een door de rechter onjuist bevonden standpunt altijd een boete opgelegd zou kunnen worden.

Pleitbaar standpunt

Uiteraard is niet ieder standpunt pleitbaar, lees: verdedigbaar. Pleitbaarheid is aanwezig indien het standpunt past binnen de wet of arresten van de Hoge Raad. Een pleitbaar standpunt is bijvoorbeeld aanwezig indien lagere rechters het standpunt hebben geaccepteerd. Ook helpt het wanneer het standpunt in gezaghebbende literatuur is ingenomen, bij voorkeur op basis van bijvoorbeeld wetsgeschiedenis.

Fiscale vergrijpboetes kunnen niet opgelegd worden indien er sprake is van een pleitbaar standpunt; dat vindt de Belastingdienst ook. Het maakt daarbij niet uit of de belastingplichtige zich bewust was van de pleitbaarheid van zijn standpunt, het is een volledig objectieve toets. Lange tijd was het echter onduidelijk of het pleitbare standpunt ook bescherming bood in fiscaal strafrechtelijke zaken.

In het strafrecht

In het strafrecht is het leerstuk van het pleitbare standpunt niet eenvoudig in te passen. Het strafrecht hanteert een strak toetsingskader; het gaat er bij belastingfraude om of een aangifte opzettelijk onjuist is ingediend met het doel te weinig belasting te betalen. Het is dan lastig om achteraf te constateren dat die opzet – het motief – ontbreekt indien een standpunt in de aangifte toch pleitbaar blijkt te zijn. De Hoge Raad denkt daar echter anders over. In drie arresten uit 2017 (21 april 2017 van de Belastingkamer, en op 3 oktober en 1 december 2017 expliciet bevestigd door de Strafkamer van de Hoge Raad) aanvaardde hij de leer van het objectieve pleitbare standpunt zowel in het fiscale boeterecht als in het fiscale strafrecht.

In de praktijk

Vervolgens bleef het stil in het strafrecht. In de enige gepubliceerde zaken waarin een pleitbaar standpunt werd gesteld, was dat standpunt – zacht gezegd – niet pleitbaar. Tot 13 december 2018. Niet in het Nederlandse deel van het Koninkrijk maar op Curaçao in de strafzaak Saffier tegen de vroegere president van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten.

In dit arrest, gewezen door de strafkamer van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie is de pleitbaarheid van het standpunt dat de belastingplichtige had ingenomen expliciet aangemerkt als hetgeen dat er voor zorgde dat er geen sprake kon zijn van opzet, zodat niet tot een veroordeling gekomen kon worden. Dit pleitbare standpunt werd aangenomen, omdat zelfs de strafkamer van mening was dat een belastingrechter tot een gelijkluidend oordeel had kunnen komen – hier speelde wellicht mee dat er ook een fiscalist in de zetel zat. Onder meer omdat er door verdachte vijf opinies van gezaghebbende deskundigen ingebracht waren die zijn standpunt of, op zijn minst de fiscale onduidelijkheid daarover, onderschreven. Dit droeg er tevens aan bij dat de tweede reden, het bestaan van een ruling, het Hof er ook toe bracht om uit te gaan van een pleitbaar standpunt.

Bonus

De verdachte had zich laten bijstaan door een zeer professionele en gespecialiseerde adviseur en had daar alle informatie mee gedeeld. Het Hof voegde zodoende als ten overvloede overweging aan zijn arrest toe dat dit ervoor zorgde dat het verwijt van het doen van onjuiste aangiften niet aan hem kon worden toegerekend. Hij mocht uit gaan van de kennis en kunde van zijn adviseur en hoefde zichzelf niet in de regelgeving te verdiepen. Hiervoor verwijst het Hof naar een fiscaal arrest; dit verweer is eerder uitgebreid uitgewerkt in fiscale zaken. Deze fiscale verdedigingsgrond heeft echter, net zoals het pleitbare standpunt tot voor kort, nog geen verankering in een arrest van de strafkamer van de Hoge Raad. Maar eens moet de eerste keer zijn. Een voor de praktijk belangrijk arrest wat duidelijk maakt hoe belangrijk de pleitbaarheid van een standpunt is en hoezeer het fiscale en het strafrechtelijke elkaar beïnvloeden.

Heeft u vragen, aarzelt u dan niet contact met ons op te nemen.